Brasem- en karpervissen met de methodfeeder met Cindy Bergers

Cindy Bergers legt uit! Waren de witvisserij met de feederhengel en de vastloodvisserij op karper vroeger twee volledig gescheiden werelden;…

Cindy Bergers legt uit!

Hebbes!

Waren de witvisserij met de feederhengel en de vastloodvisserij op karper vroeger twee volledig gescheiden werelden; tegenwoordig ontmoeten ze elkaar in de visserij met de method feeder. Een relatief nieuwe manier van vissen, die is ontstaan omdat op de commercials tegenwoordig niet alleen meer brasems worden uitgezet, maar ook steeds meer karpers. Geen wonder: niet alleen vechten karpers een stuk harder, maar ook zijn ze vaak wat harder en beter bestand tegen weinig zuurstof in het water. Zo kwamen de klassieke feeder- en karpervisserij dus samen in wat tegenwoordig de method feeder wordt genoemd. In dit artikel leg ik je alles uit over deze leuke en spannende visserij!

VASTLOOD

Waar de traditionele feeder met een op de lijn schuivende korf werkt, wordt de methodkorf vast op de lijn geplaatst. Hierdoor ontstaat een zelfhaaksysteem zoals we dat ook uit de karpervisserij kennen. De vis pakt het haakaas en haakt zichzelf aan het gewicht van de korf en de druk op de lijn. Het zal je dus niet verbazen dat dit stevige, felle aanbeten oplevert! Dit is dan ook een visserij die specifiek is bedoeld voor grotere vissoorten: brasem, karper en zeelt zijn met name de soorten waarop wordt gevist, vaak op stilstaand water zoals commercials en vijvers, maar ook op bijvoorbeeld cultuurwateren rond industrieterreinen of stadswateren. Bij de method feeder wijken de korven wat af van de standaard feederkorf. Bij de method feeder zijn deze plat van vorm, waardoor je ook niet met al te hoge gewichten hoeft te vissen. 20 tot 40 gram is onder veruit de meeste omstandigheden meer dan genoeg. De methodkorf is voorzien van een profiel waarin je je voer kunt drukken. Zo blijft het voer tijdens de worp goed zitten.

METHODVOER

Voor de method feeder is speciaal lokvoer verkrijgbaar. Zelf gebruik ik graag het Ready to Fish voer van Traper. Gemak dient immers de mens. Dit specifieke voer bevat een groot deel vismeel, en dit om twee redenen: allereerst houdt grote vis erg van vismeel, dus je vist wat selectiever op formaat. Daarnaast biedt vismeel een flinke kleefkracht om het voer goed op de korf te houden. En dat is precies wat je wil, want je korf is ook meteen je voerstek. Het voer en je haakaas kun je met de hand in de korf drukken, maar handiger is het om de bijpassende mallen hiervoor te gebruiken. Zo breng je steeds exact dezelfde hoeveelheid voer op de stek. Wanneer je met levend aas als wormen en maden vist, maak je eerst een laagje lokvoer op de korf, dan wat van het aas en daarna weer een laagje voer. Dit is echt mijn favoriete presentatie! Wanneer het lokvoer dan afbrokkelt op de stek, komt het levend aas tevoorschijn. Je hebt dan volle bak beweging op je stek, en dat lokt uiteraard de vis, zeker op wateren met veel dressuur! Overigens kun je hier ook prima “normaal” lokvoer voor gebruiken. Voeg dan bijvoorbeeld wat geweekte 2 millimeter pellets toe om dezelfde kleefkracht te krijgen. Ook deze bevatten immers veel vismeel.

BOILIES EN WAFTERS

Als haakaas hebben we een behoorlijk scala aan mogelijkheden voor handen. Je kunt vissen met mini-boilies of wafters, maar ook pellets, pop-ups of dumbells mogen niet in het arsenaal ontbreken. En dan is er nog de mogelijkheid om te vissen met levend aas, zoals maden en wormen. Het haakaas bevestig je aan een hair of push stop (een soort doorontwikkeling van de standaard hair, speciaal voor deze visserij) door middel van een boilienaald, waarbij het onderlijntje slechts een centimeter of tien lang is.  Zo blijft je haakaas precies boven de korf, voorzien van het lokvoer zweven. De methodkorf wordt “inline” op de lijn geplaatst, en onder de korf kun je bijvoorbeeld een wartel plaatsen. Zelf gebruik ik hiervoor graag de Cresta Easy Change Bead, waarmee ik snel van onderlijn kan wisselen, en die ook meteen de knoop beschermt. Meestal start ik met een haakmaatje 16, en ga ik groter als er grotere vis op de stek komt. Wanneer ik drie kwartier geen beet heb gehad, schakel ik over naar een andere haakmaat of ander haakaas. Het is immers altijd even zoeken wat op dat moment het beste werkt. 

MATERIAAL

Voor het vissen met de method feeder zijn er speciale (commercial-)hengels op de markt, maar ook een gewone feederhengel van 300-390 centimeter volstaat prima voor deze visserij. Belangrijk is dat de hengel een mooie, parabolische actie heeft en niet te stug is. Een feedermolen uit de 3000- of 4000 serie completeert de set, waarbij het uiteraard belangrijk is dat de molen een goede lijnclip heeft. Zo vis je altijd op dezelfde afstand. Daarnaast is ook een goede en soepel lopende slip van levensbelang. Je vist immers op sterke vissen. De lijn is een beetje smaakgevoelig. Je kunt immers zowel met gevlochten lijn als met mono vissen, en zelf gebruik ik graag de Katran Crypton Carp & Method Feeder lijn van 26/00. Het mooie aan deze unieke lijn is dat deze afhankelijk van lichtinval en kijkhoek verkleurt van mosgroen naar bruin. Daarnaast heeft deze lijn ook de perfecte rek van zo’n 14%., zodat je ook bij het haken van een flinke karper de volledige controle hebt. Voor de beetregistratie maakt deze rek niet zoveel uit, want de vis haakt zichzelf toch. Zoals eerder gezegd laten dat soort aanbeten immers niets aan de verbeelding over… 

MAKKELIJK EN EFFECTIEF

De visserij met de method feeder is erg toegankelijk, simpel en zeer effectief. Niet alleen op betaalwateren, maar ook op het vrije water kun je hiermee instant op karper, zeelt en brasem vissen, en daarnaast heb je weinig mee te slepen. Een hengel, eventuele zitkoffer en een feedersteun is alles wat je nodig hebt. En met de tips uit dit artikel is er geen enkel excuus meer om deze leuke visserij niet eens te proberen! 

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie