De magische Biesbosch

Het viswater van je stoutste dromen! Verzonken wilgen domineren het landschap hier Inmiddels kan ik de reactie van mijn gasten…

Het viswater van je stoutste dromen!

Verzonken wilgen domineren het landschap hier

Inmiddels kan ik de reactie van mijn gasten wel uittekenen wanneer ze voor het eerst bij me opstappen, en we vroeg in de ochtend een nog verstilde Biesbosch in varen: monden vallen open van bewondering, en zelfs de grootste praters vallen even helemaal stil. Want de schoonheid van de Biesbosch is overweldigend. Maar ze komen natuurlijk uiteindelijk om vis te vangen, en ook daarvoor zit je meer dan goed in de Nederlandse mangroves!

Het was op een stormachtige avond in 1421, dat de zeedijk van toenmalig polder de Grote Waard het begaf onder de beukende golven van de Noordzee. In een mum van tijd vulde deze polder zich met zeewater, net als een groot gedeelte van de rest van zuidwest-Nederland. Wat restte toen de doden waren geteld, was een enorme binnenzee die met geen mogelijkheid meer terug te dringen was. In de decennia na de stormvloed vormde zich door slibdepositie van de rivieren het huidige eilandenrijk dat zo rijk is aan geschiedenis. In de tweede wereldoorlog vormden de ontelbare kreken een onmisbare smokkelroute voor het verzet, waar de Duitse bezetter het niet waagde om zich te vertonen. Geen wonder: ze waren bij voorbaat kansloos tegen de gewapende stropers, vissers en griendwerkers die het gebied op hun duimpje kenden, en zich bij het verzet hadden aangesloten. Menig geallieerde werd via deze route door het verzet naar het al bevrijdde Zuid-Nederland gesmokkeld, en de monumentale brug over de Sloot van Sint Jan herinnert tot op de dag van vandaag aan deze bijzondere periode. Vandaag de dag is de Biesbosch niet alleen een schitterend natuurgebied met een rijke historie, maar ook een eersteklas visgebied voor roofvis. Ik nodig Viswereld-collega John Huussen dan ook uit bij mij aan boord om dit samen met mij te ervaren.

Foto Visarend: Wiljo van Daalen.

VOLOP VARIATIE

De Biesbosch en de omliggende wateren Amer, Nieuwe Merwede en Hollands Diep bieden volop variatie voor de verwende roofvisser. Hier kun je in één dag alle soorten roofvis vangen, en op alle denkbare watertypes vissen. Van kleine kreekjes, stromende rivieren tot enorme meren en alles er tussen in: je vindt het hier allemaal bij elkaar. Terwijl de visarend over onze hoofden scheert zetten we dus koers naar de eerste stek: een enorme zandbank midden op het water, die al wekenlang goede vangsten van snoek en baars oplevert. De kortste route naar deze stek is door een smalle, meanderende kreek, en terwijl we daar stapvoets doorheen varen zien we ijsvogeltjes wegschieten, een bever de kant op kruipen en drie reeën vluchten voor het geluid van de buitenboordmotor. Ook na acht jaar vrijwel dagelijks in de Biesbosch rondvaren blijft het gebied me nog overweldigen met haar schoonheid. Maar nu gaat de focus toch echt weer snel op het vissen. Na aankomst op de eerste stek beginnen we met de techniek die de afgelopen weken al zo veel succes heeft gebracht: het werpend vissen met kleiner kunstaas. De Biesbosch is immers een kraamkamer voor alle mogelijke vissoorten, waardoor er hier jaarrond kleinere aasvis rondzwemt. Dat maakt dat je hier het hele jaar door grote vis kunt vangen aan klein kunstaas. Zwaar vissen is dus niet nodig, en dat vist een stuk prettiger. We gebruiken een spinhengel met een werpgewicht van zo’n 35 gram, met daarop een molen uit de 2000-serie. Door de aanwezigheid van zeer grote vis op de stekken is het van levensbelang dat de molen de best mogelijke slip heeft. We vissen immers met een lijntje van slechts 14/00 dyneema. Na voorheen veel met kant-en-klare stalen onderlijntjes te hebben gevist, ben ik de laatste jaren volledig overgestapt naar fluorocarbon. Eenvoudig te verwerken, relatief goedkoop en natuurlijk minder zichtbaar onder water. Als kunstaas gebruiken we kleine chatterbaits, spinnerbaits en crankbaits, waar dat laatste met de momenteel nogal uitbundige plantengroei mogelijk is. Ik stuur de boot met de Ulterra precies langs de rand van de zandbank, waarbij ik steeds twee meter water onder de boot hou. Zo werpen we precies tegen de plantenlijn aan, en pakken we ook de rand van de bank mee.

Klein kunstaas werkt hier vaak het beste, ook in het najaar.

Veel meer heb je eigenlijk niet nodig hier. Ook niet voor héle grote vissen.

LICHT WERPEND VISSEN 

Zelf maak ik al jarenlang gebruik van dezelfde combinatie voor deze visserij. Als hengel gebruik ik de 4Street Subway King, een 2.40 meter lange spinhengel met zeer gevoelige top, maar stevige backbone. De molen is een Quantum Smoke Inshore. Deze zoutwaterbestendige molen schafte ik ooit aan voor het vissen op zeebaars, maar komt ook hier uitstekend tot zijn recht door de hoge inhaalsnelheid en de uitstekende slip. De laatste meter bestaat uit 85/00 fluorocarbon en een fastach clip. Aan die clip kun je vastmaken wat je maar wilt: kleinere spinnerbaits, twitchbaits, chatterbaits; de keuze is reuze. In de zomermaanden heeft het wel de voorkeur om ‘weedless’ kunstaas te gebruiken, zonder dreggen. Anders blijf je plukken…

Licht maar betrouwbaar, zodat je je kleine kunstaas perfect kunt vissen.

JACKPOT

Terwijl we worp na worp de zandbank afvissen valt me op dat er dit jaar enorm veel kleine baars op de stekken aanwezig is. In eerdere jaren zag je ze nooit, en ik heb altijd gedacht dat deze jonge vis zich in de kleinere kreken verschool. Dit jaar zijn ze voor het eerst massaal op de ‘grote vissen stekken’ te vinden, wat om de haverklap resulteert in friemelaanbeetjes die gemist worden. Het houdt ons in elk geval scherp. Terwijl ik me hierover het hoofd breek tijdens het binnendraaien, verschijnt vlak voor mijn voeten ineens een dikke snoekenkop in het oppervlak! De chatterbait wordt bruut gegrepen door een snoek van een ruime meter, en de vis neemt met een snelle run meteen flink lijn van de spoel. Na een aantal seconden valt de spanning echter van de lijn. De vis is losgeschoten. Verbouwereerd kijk ik John aan. Dat had dé vis van de dag geweest, roep ik gefrustreerd uit. Maar ik weet op dat moment nog niet dat de jackpot van de dag nog moet vallen… Nadat we een aantal kleinere snoeken vangen, en John nog een kleine roofblei weet te foppen, krijg ik ineens weer een felle tik op de top. Venijnig sla ik mijn hengel hoepelkrom op een lomp gewicht, en ik krijg er in eerste instantie geen enkele beweging in. Maar ineens begint de vis te zwemmen, en het enige dat ik kan doen is spanning op de lijn houden. Run na run duikt de vis het plantenbed in, en het kost me de nodige moeite om aan dit lichte materiaal de vis mijn wil op te leggen. Dan breekt de vis kortstondig even door het oppervlak, en ik zie een enorm brede rug verschijnen. Dit is een nog grotere vis dan die ik eerder verspeelde! Met het zweet op mijn voorhoofd probeer ik de daarop volgende run weer te pareren, en na minuten knokken met de vis voel ik vanuit intuïtie dat ik aan de winnende hand ben. De runs worden korter en minder overtuigend, hoewel de vis nog steeds diep aan het mokken is. Ik besluit de redelijk licht afgestelde slip een tandje zwaarder te zetten, en meer druk op de vis uit te oefenen. De dril heeft me al lang genoeg geduurd, en we weten allemaal dat snoek zich letterlijk kan doodvechten gedurende een te lange dril. Uiteindelijk krijg ik de vis in het oppervlak, en snel schuift John het net er onder. Wat een vis! Na meting blijkt dat deze gigant bijna de 1.20 meter aantikt, en dat op een aasje van nog geen acht centimeter lang! Het zou de dagen daarna niet de enige buitencategorie snoek zijn die de binnenkant van de Orka Blackfish te zien krijgt. Want op de gidsdagen na onze gezamenlijke visdag kwamen er nóg zes 1.10+ snoeken aan boord! 

Jackpot! Deze gigant verschool zich aan de rand van het plantenbed.

En er kwamen er die week nog meer aan boord.

SNOEKPARADIJS

Het is ook geen wonder dat de snoek hier in grote hoeveelheden voorkomt. Want het gebied is met recht een snoekparadijs te noemen. De hoeveelheid beschikbaar voedsel is met al dat jongbroed in het gebied schier oneindig, en waar je ook kijkt bevinden zich aanlokkelijke ondieptes vol met waterpest en fonteinkruid. Een nachtmerrie voor de onervaren pleziervaarder, een zegen voor de roofvisser. En hoewel je overal in de Biesbosch tegen een XL-snoek aan kunt lopen, heb ik in al die jaren intensief vissen in het gebied toch drie absolute hotspots uit weten te kristalliseren, waar de kans daarop echt een flink stuk groter is dan in de rest van het gebied. En ben je het vissen op snoek (en de grote baarzen die zich ook op die stekken bevinden) even zat, dan is het maar een klein stukje varen naar de beste snoekbaarsstekken van Nederland. Met de stromende getijdenrivieren Amer, Nieuwe Merwede en Hollands Diep aan de randen van het gebied kun je hier je vingers aflikken wat het snoekbaarsvissen betreft. Vanaf de kant pak je natuurlijk de kribkoppen, slijtgaten en stroomnaden die je ter beschikking staan, maar met de boot ben je pas echt in staat om een flinke bak water af te dekken. Driftend op de stroming, slechts een klein beetje bijsturen met de elektromotor en een fel groen of bruin shadje aan een 18-grams kopje over de bodem laten dansen: het staat garant voor knalharde aanbeten van alle mogelijke formaten snoekbaars. Als je eenmaal de juiste kleur, diepte en getij hebt gevonden, kun je jezelf in no time in de dubbele cijfers vissen, en daarvoor heb je geen dure hightech live sonar nodig. Een simpel 2D schermpje volstaat om de juiste diepte aan te houden. Let er overigens op dat er op zowel de Nieuwe Merwede, de Amer als in de Biesbosch zelf een onderling verschil in het getij zit. Dit ontloopt elkaar niet heel veel, maar toch genoeg om middels een snelle verplaatsing op meerdere wateren het optimale tij mee te pakken. Want het juiste getij is een absolute scherprechter voor goede vangsten! Overigens is op moment van schrijven al het regenwater dat eerder in het Alpengebied is gevallen hier op de rivieren gearriveerd, wat zorgt voor lekker ‘dik’ water en pittige stroming die de hele dag doorgaat, onafhankelijk van het getij. Het zal je niet verbazen dat we nu geweldig snoekbaars vangen!

Het beste snoekbaarswater van Nederland? Ik vind eerlijk gezegd van wel.

Langzaam ontwaakt de rivier in de flarden ochtendmist.

VERTICALEN OP DE RIVIER

Zowel de Amer, Nieuwe Merwede als Hollands Diep zijn fantastische wateren voor het verticaalvissen op snoekbaars. Hierbij ben je voor goede vangsten wel afhankelijk van stroming. Geen stroming is geen aanbeten. Bij een hoge afvoer is deze natuurlijk de hele dag aanwezig, maar bij lagere waterstanden brengt de wisseling van het getij vaak uitkomst. Dan steekt de timing nauw. Door de factor stroming, en de kans op grote vis mag het materiaal een stevig tandje zwaarder dan op stilstaand water. Zelf gebruik ik een stevige, 28-grams baitcaster (Quantum Vapor Detector) met goede reel, opgespoeld met 12/00 gevlochten lijn. Als voorslag een metertje 40/00 fluorocarbon, afgewerkt met een kleine fastach-clip om snel te kunnen wisselen. Als kunstaas vis ik vrijwel alleen met bruine en felgroene shads met schoepstaart, gemonteerd op een 18-grams loodkop. Hierbij monteer ik tegenwoordig geen extra stinger meer. Ze blijven meestal toch wel aan de enkele haak hangen, zeker wanneer ze zoals nu lekker los zijn.

Een felgroen shadje staat vaak garant voor kromme hengels.

ZOMER EN WINTER

Hoewel het in de Biesbosch vooral in de zomer druk is met sportvissers en andere recreanten, vind ik juist het late najaar en de winter de mooiste periode om hier te vissen. Allereerst vanwege de rust die in dit jaargetijde weer terugkeert, nadat de lawaaiige pleziervaart het gebied weer voor een klein jaartje verlaten heeft. Geen bonkende après-skimuziek meer die over het water schalt, maar totale rust, en wild en gevogelte dat zich weer meer durft te laten zien. De Biesbosch is namelijk veel meer dan alleen prachtige vissen vangen. Het is de ultieme Nederlandse natuurbeleving. Hier kom je oog in oog met vossen, reeën, de machtige zeearend, bevers en de visarend. Daarnaast is ook de otter weer aan het terugkeren, zij het stapje voor stapje. Kortom: er valt in het najaar gewoon veel meer te zien, maar ook de visserij verandert mee. Was het in de warmere maanden een kwestie van kantjes en structuurtjes uitwerpen, trollen met kleine plugjes en op de stroom verticalen op de rivieren, moeten we in het koudere seizoen de vis veel meer zoeken. Als visgids in dit gebied weet ik natuurlijk precies waar we moeten zijn, maar ook nu vinden we de vis soms verrassend ondiep! Het is echt niet raar om midden in januari snoek en baars op nog geen meter water te vangen, zeker niet wanneer een flauw winterzonnetje de boel een beetje opwarmt. Een fenomeen dat elk jaar weer plaatsvindt is de intrek van snoekbaars vanaf de rivieren en het Hollands Diep de Biesbosch in, meestal zo ergens half november, afhankelijk van weer en watertemperatuur. Hier overwintert de snoekbaars in de luwte van het gebied, en is in die periode massaal op de hotspots te vangen. Vind je de aasvis, dan vind je de snoekbaars, en hoe verder naar het einde van het seizoen hoe geconcentreerder de vis ligt. Heb je die plekken eenmaal gevonden? Dan ben je tot de sluiting absoluut spekkoper! En dan hebben we het nog niet over de XL-baarzen gehad die hier te vangen zijn. Waar de snoekbaarzen vaak de diepte opzoeken, blijven de baarzen hier vaak de hele winter relatief ondiep liggen. Meestal kom ik ze zo tussen de 1,5 en 3,5 meter diep tegen op de sidescan, waarbij de grotere baarzen meestal in kleine groepjes van zo’n 3-4 vissen rondzwemmen. Aanwerpen met een shadje of crankbait staat vaak garant voor de vangst van deze prachtige strijders, die aan het einde van het seizoen hun topgewicht hebben bereikt. Dan zijn ze absoluut op hun mooist!

Gelukkig verdwijnt de drukke pleziervaart weer uit het gebied. De natuur ontluikt nu weer. Foto zeearend: Wiljo van Daalen.

De tijd voor het vangen van dikke baarzen is weer aangebroken!

VISSEN IN DE BIESBOSCH

De Biesbosch is eigendom van Staatsbosbeheer, maar is ingebracht in de VISpas. Je mag hier dus met elke VISpas vissen. Er zijn enkele jachthavens aanwezig, waar je vaak ook een bootje kunt huren. Die heb je hier overigens wel nodig, want slechts een zeer klein deel van het gebied is over land bereikbaar. Tevens zijn er verschillende visgidsen in het gebied actief, waarvan ik er zelf natuurlijk één ben. Let op! In het hele gebied geldt een maximum vaarsnelheid van 6 km/h (kleine kreken) of 9 km/h (brede vaarwegen). Hierop wordt streng gehandhaafd. Betaalde trailerhellingen vind je in Werkendam, Drimmelen, Hank en Lage Zwaluwe. De dichtstbijzijnde openbare helling bevindt zich in Dordrecht, maar deze is in behoorlijk slechte staat.

Vergeet je VISpas niet!

ALLES BINNEN HANDBEREIK

Als kloppend hart van het benedenrivierengebied biedt de Biesbosch de verwende roofvisser alles wat zijn of haar hartje begeert, binnen behapbare afstand. Door de flinke verschillen in weidsheid en diepte kun je hier letterlijk elke roofvistechniek die er maar voor handen is beoefenen. En daarbij maak je kans op letterlijk elke soort roofvis die er in Nederland voorkomt, vaak in recordformaat. Snoek, snoekbaars en baars, maar ook roofblei, meerval en winde groeien door het volop aanwezige voedsel als kool. Het maakt elke visdag in dit gebied tot een potentieel onvergetelijke visdag, zoals veel van mijn gasten inmiddels al hebben ondervonden. Maar vergeet tijdens je visdag ook vooral niet te genieten van het natuurschoon dat de Biesbosch in overvloed biedt. Want juist de combinatie van geweldige visserij en ongeëvenaarde natuurbeleving maakt het vissen in de Biesbosch een bijna on-Nederlandse ervaring!

Vergelijkbare berichten

Geef een reactie