De meerval (Silurus Glanis) is veruit onze grootste zoetwatervis, en tevens onze grootste roofvis. Waar veel mensen denken dat de meerval een uitheemse soort is, is dit echter niet waar. De meerval komt al vanaf de prehistorie op onze rivieren voor, maar pas de laatste jaren wordt er ook daadwerkelijk gericht op gevist. Daarnaast is de soort de laatste jaren veel talrijker geworden in Nederland doordat het oppervlaktewater structureel warmer is geworden. De meerval eet letterlijk alles dat in zijn enorme bek past: vissen, watervogels, ratten en alles wat maar rondzwemt is niet veilig voor deze razendsnelle rover, die met name in de nacht en schemering jaagt op de ondiepere delen van het water. Dat wil overigens niet zeggen dat ze overdag niet te vangen zijn. Ze houden zich dan op in de diepere delen van het water, en wanneer je die plekken eenmaal hebt gevonden kun je ze ook goed overdag vangen. De meerval bereikt in ons land een lengte van zo’n 2,5 meter bij ongeveer 100 kilo. Het spreekt voor zich dat het materiaal om deze soort te vangen nogal stevig moet zijn.
Meerval
Updated on 21 mei 2024