Op naar de twee meter deel 6: belangrijke lessen geleerd!
Mijn jacht op mijn eerste tweemeterplus meerval vanuit de bellyboat gaat door, en gaandeweg leer ik steeds meer bij. Ook deze week weer. Lees snel verder!
Mijn eerste stapjes als bellyboatvisser op meerval: In deze meerdelige kroniek doet Johan Struwe verslag van zijn zoektocht naar een twee meter plus meerval in zijn gloednieuwe bellyboat. In deze serie volgen we het proces van opbouw, de visserij zelf en de zoektocht naar die droomvis. Lees hier deel vijf, deel vier, deel drie, deel twee, en lees hier deel één.
FRUSTRATIES EN VLUCHTENDE VISSEN
Deze week staan er weinig gidsdagen op de rol, dus we hebben de tijd om af en toe even een ochtendje erop uit te gaan om de droom te verwezenlijken. Afgelopen woensdag maakte ik een gave reportage met pilkerspecialist Freek Janssen, en die dag heeft mijn kijk op het pilkervissen stevig veranderd! Tijdens het draaien kreeg ik namelijk zo’n kiezelharde aanbeet op het ding dat ik bijna uit mijn stoel werd getrokken! Dat gaf vertrouwen, ook door de uitstekende uitleg die Freek gaf qua presentatie van dit kunstaas. Het is jammer dat die vis niet bleef hangen, want het was waarschijnlijk een hele dikke, maar mijn vertrouwen in deze manier van vissen is door die knal op de hengel naar 100 procent gestegen! De pilkers gaan dus nu standaard mee aan boord, en ik merk ook dat ik er steeds vaker ook echt mee start en ook mee blijf vissen. De shad blijft steeds vaker in het mapje, en de pieren neem ik vaak al niet eens meer mee. Die bewaren we voor de gidsdagen met gasten. Toch heb ik deze ochtend een overgebleven doosje pieren mee aan boord wanneer ik een kleine rivierplas bij mij in de buurt op glij in het donker. Dat doosje staat inmiddels al een tijdje in de ijskast, en het werd wel eens tijd om ze op te maken. Terwijl ik de plas afzoek, kom ik de ene na de andere vis tegen, en grote ook! Maar elke keer wanneer ik ze op het scherm tot vijf meter ben genaderd, zwemmen ze hard weg.. Frustrerend! Vis na vis achtervolg ik, maar ze blijven maar wegzwemmen. Op dit putje wordt best veel gevist, dus ik vermoed dat ze inmiddels prima weten dat de pings van de sonar gevaar betekenen. Uiteindelijk weet ik nog een klein meervalletje te foppen met de pieren, wat me een zoveelste blank scheelt, maar mijn plan hier voor de volgende keer is helder: alle sonarapparatuur uit, elektromotor uit en al flipperend met de pilker de bodem af jiggen. Morgenochtend gaan we zien of die aanpak werkt!
OP PAD MET WILLIAM
Met een voor de maandag voorspelde winderige dag had ik het idee om er weer eens op een belachelijk vroeg tijdstip uit te gaan om weer een poging te gaan wagen al uit mijn hoofd gezet, maar maatje William bleek wél te gaan, en ik mocht aansluiten als ik wilde. Ja, dan ga je natuurlijk toch voor de bijl. Ik vind mezelf die ochtend dus weer op een lekker vroeg tijdstip terug achter het stuur van de bus in het pikdonker, en precies op tijd kom ik aan op de afgesproken plek, waar William zijn bellyboat inmiddels al in het water heeft liggen. Snel trek ik de mijne en alle overige spullen de bus uit, en leg deze klaar bij de opstapplek. Maar wanneer ik achteruit rij om de bus op de parkeerplaats te zetten, merk ik dat ik over iets heen rij.. Wanneer ik uitstap en mijn hoofdlamp aanklik, blijkt ook waarover: ik ben over mijn flippers heen gereden, waardoor de aanhechtingen van de bevestigingsriemen zijn gebroken! Een serie intense vloeken schalt over het water, en koortsachtig ga ik in mijn bus op zoek naar spullen om ze in elk geval voor nu te kunnen repareren. Ik vind een rol 1 millimeter dik fluorocarbon, en door met een schroevendraaier gaatjes in de riemen te prikken weet ik alles provisorisch weer vast te maken. Tot mijn verbazing blijft alles prima te blijven zitten nadat we te water gaan, en opgelucht zoem ik achter William aan het duister in. Als aas ga ik wederom voor de pilker, want we zitten nu niet op heel diep water. Dat lijkt me een prima aanpak om veel meters te maken.
EINDELIJK SUCCES!
Terwijl we de rivier afzoeken naar meerval (en voor William ook snoekbaars) blijven de schermen redelijk leeg. Slechts wat brasems komen zo nu en dan voorbij zwemmen in beeld, maar de grote rovers weten zich prima te verstoppen. Het is af en toe verbazend hoe weinig vis het water op sommige plekken blijkt te bevatten! William wijst me op een plek waar een verzonken boom tegen het talud ligt, waarin hij al vaker grote meervallen heeft zien liggen. Zelf gaat hij even verderop achter de snoekbaarzen aan, maar ik besluit me te focussen op de gezonken boom, die ik inmiddels gelokaliseerd heb. Met de Livescope op de draaiende transducerstang kijk ik of ik meervallen zie liggen, maar ik kan in die wirwar van takken geen vissen onderscheiden. Ik besluit rond de boom tegen de bodem te gaan pilkeren, maar dat levert niets op. Ik moet dus een beetje risico gaan nemen. Ik positioneer mijn bellyboat letterlijk bovenop de boom, en laat de pilker nét erboven zijn dansje doen. Ineens zie ik één van de ’takken’ in beweging komen, en zich langzaam naar boven bewegen. En dan ineens: BAM! Ik sla de hengel krom op een furieus harde aanbeet, en zet gelijk volop druk om de vis uit de takken te houden! Daar wil je hem immers niet in hebben, want dan ben je hem kwijt. Ik voel dat dit geen enorme vis is, maar het is ook geen heel kleintje. Want ik trek de zware hengel volop krom, maar krijg de vis niet meteen omhoog. In de tussentijd is William op mijn geschreeuw af gekomen, en hij maakt wat foto’s en filmpjes van de dril.
DE PILKER IS EEN BLIJVERTJE!
Na flink druk zetten komt de vis met een forse staartslag even in het oppervlak, en duikt meteen weer weg naar beneden, richting de takken. Weer blok ik de run, en nadat dit zich zo een paar keer heeft herhaald geeft de vis de strijd op. Ik geef hem nog een paar keer een tik op de kop, waarna de vis nog een paar keer ontploft, maar wanneer dat niet meer gebeurt pak ik de vis in de bek en trek hem op schoot. Wat een ontlading! Mijn eerste vis ooit aan de pilker is eindelijk een feit, en als het vertrouwen in dit kunstaas na onze reportage al niet hoog was, is dat het nu wel. Die snoeiharde aanbeten zijn zó verslavend, en het is natuurlijk een techniek die (nog) niet veel wordt toegepast, dus wellicht is deze techniek ook dressuurdoorbrekend. De vis schatten we in op zo’n 130 centimeter, wat voor mij tot nu toe de grootste meerval is die ik ooit uit de bellyboat heb gevangen! Voor de meer ervaren mannen in deze tak van sport is dit natuurlijk geen bijzondere vangst meer, maar voor mij is het een reuzenstap na al die kleine mormels tot nu toe! Na al die materiaalpech, frustraties, domme acties van mezelf en gemiste kansen is dit echt een mega-opsteker! Want ik heb nu ook zelf de vangkracht van de pilker ervaren, én zelf kunnen zien dat meerval hem ook van grotere afstand wil komen halen. Een belangrijke les!
ONVRIJWILLIG ANKER
Nadat ik de vis heb teruggezet haast ik me gelijk terug naar de boom, want de kans is natuurlijk best groot dat er buiten deze vis zich nog meer tussen de takken verstoppen. En inderdaad: terwijl ik aan de ene kant van de boom weer zit te jiggen op half water, zie ik op het scherm aan de andere kant van de boom een vis boven de bodem bewegen! Snel zet ik de motor vol gas vooruit om er heen te gaan, maar vergeet daarbij mijn pilker binnen te draaien. Deze haakt zich daardoor muurvast in één van de takken, waardoor ik onvrijwillig wordt geankerd in de stroming.. Terwijl ik uit alle macht aan de hengel trek om de boel weer los te krijgen, realiseer ik me pas hoe extreem sterk dit materiaal is! Met de motor vól in de achteruit en in de stroming krijg ik met geen mogelijkheid de 45/00 lijn doorgetrokken! Terwijl ik me bedenk dat de boel afsnijden de enige mogelijkheid is om hier ooit nog vandaan te komen komt de boel ineens na een laatste ruk los, inclusief het behoorlijk dikke stuk tak dat ik gehaakt had. Dat scheelt weer een paar centen.. Inmiddels is het tegen twaalven, en gaat zoals zo vaak op dit water de activiteit er helemaal uit. Tijd om de haven weer op te gaan zoeken, maar met twee geleerde lessen in het achterhoofd: de pilker is absoluut een blijvertje, en meervalmateriaal is -veel- sterker dan je denkt. Die slip mag dus nog wel een paar tandjes dichter voortaan.
Wordt vervolgd..